Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

KG:041:2024:9 Verdrag NL-DEU, art. 18, heffingsrecht bij detachering experts door publiekrechtelijke instelling

Aanleiding

Een Nederlandse publiekrechtelijke instelling (hierna: Nederlandse instelling) heeft voor verschillende specialistische functies samenwerkingsverbanden gesloten met een in Duitsland gevestigde publiekrechtelijke instelling (hierna: Duitse instelling). In dit kader worden verschillende in Nederland woonachtige experts voor een deel van hun werktijd naar de Duitse instelling gedetacheerd. De experts blijven in dienst van de Nederlandse instelling. Zij blijven tevens hun salaris ontvangen van de Nederlandse instelling, in enkele gevallen worden de salariskosten doorbelast aan de Duitse instelling. De experts hebben de Nederlandse nationaliteit.

Vraag

Welk land heeft het heffingsrecht over het inkomen van de in Nederland woonachtige experts dat gerelateerd is aan de werkzaamheden in Duitsland?

Antwoord

Nederland heeft het heffingsrecht over het volledige salaris van de in Nederland woonachtige experts die in dienst zijn van de Nederlandse publiekrechtelijke instellingen naar Duitsland gedetacheerd worden. Niet relevant hierbij is of de salariskosten daadwerkelijk worden doorbelast aan de Duitse instelling.

Beschouwing

De hoofdregel in artikel 18 (overheidsfuncties) van het belastingverdrag Nederland-Duitsland (hierna: Verdrag NL – DEU) is dat het ‘kasstaatstelsel’ geldt. Dit betekent dat de kasstaat (de staat die het salaris betaalt) het heffingsrecht heeft over inkomsten uit werkzaamheden verricht voor die staat in één van de verdragsluitende staten. Er gelden uitzonderingen op het kasstaatstelsel voor bijvoorbeeld lokaal aangetrokken personeel. Deze uitzonderingen zijn in de onderhavige casus niet van toepassing.

Bepalend voor het heffingsrecht is dus de uitleg van de term ‘betaald door’. In de meest strikte zin wordt de beloning (uit)betaald door de Nederlandse publiekrechtelijke instelling, echter de kosten worden (deels) gedragen door de Duitse instelling.

Volgens het Weens verdragenverdrag dient een verdrag te goeder trouw te worden uitgelegd, overeenkomstig de gewone betekenis van de termen van het verdrag in hun context en in het licht van voorwerp en doel van het verdrag. De tekst van het verdrag en de gebruikelijke betekenis daarvan moeten daarbij als uitgangspunt worden genomen voor de interpretatie van een verdragsbepaling.

De kennisgroep is van mening dat de gewone/gebruikelijke uitleg van de term ‘betaald door’ in de context van dit artikel aansluit bij het daadwerkelijk uitbetalen, dus de feitelijke handeling. Dat wil zeggen dat, in de gewone/gebruikelijke uitleg, de instelling die de beloning aan de expert uitbetaalt, de beloning ‘betaalt’ in de zin van de verdragsbepaling.

Deze gewone/gebruikelijke uitleg dient als uitgangspunt genomen te worden. In de verdragstekst, het OESO-commentaar, vakliteratuur en jurisprudentie zijn geen (overtuigende) aanwijzingen gevonden die een afwijkende uitleg rechtvaardigen. Daarbij overweegt de kennisgroep dat als de verdragsluitende partijen een andere/bredere uitleg hadden willen geven aan het begrip ‘betaald door’, het voor de hand gelegen had de term ‘betaald door of namens’ te gebruiken.

Deel deze pagina