Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

KG:051:2025:4 Schuld aangaan bij een andere dan een aangewezen administratieplichtige en goedkeuring nieuwbouwdepots

Aanleiding

Een belastingplichtige sluit een koop- en aannemingsovereenkomst voor de bouw van een nieuwbouwwoning en gaat hiervoor een schuld aan bij een zogenoemde andere dan een op grond van artikel 10.8 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) aangewezen administratieplichtige (hierna: niet-bancaire instelling; zie artikel 3.119g Wet IB 2001). Bij het afsluiten van de schuld is de nieuwbouwwoning een eigen woning in de zin van artikel 3.111, derde lid, Wet IB 2001. De belastingplichtige neemt de schuld ineens op en stort het geleende bedrag op een speciaal daarvoor geopende bankrekening. Er is geen sprake van een geblokkeerde rekening en er gelden geen specifieke voorwaarden voor het opnemen van bedragen. Op het moment dat de bouw van de woning gereed is, wordt de bankrekening opgeheven.

Vraag

Kan de belastingplichtige een beroep doen op de goedkeuring voor nieuwbouwdepots in onderdeel 3.4 van het besluit van de Minister van Financiën van 10 juni 2010 (Stcrt. 2010, 8462) (hierna: het besluit) waardoor de schuld én de bankrekening vanaf het moment van aangaan gedurende twee jaar geheel in box 1 vallen?

Antwoord

Nee.

Beschouwing

Een nieuwbouwdepot is een geblokkeerde rekening waarop de geldverstrekker (een deel van) het geleende bedrag stort. Het bedrag op de geblokkeerde rekening is gereserveerd voor het betalen van de bouwtermijnen. Er zijn voorwaarden overeengekomen op basis waarvan opnames uit het depot mogen worden gedaan. Op het in het nieuwbouwdepot gehouden bedrag geeft de geldverstrekker een rentevergoeding die (bijna) gelijk is aan de op de schuld verschuldigde rente. In beginsel vallen het nieuwbouwdepot en de daarmee samenhangende schuld in box 3.

Voor nieuwbouwdepots geldt een goedkeuring op grond waarvan de schuld en het nieuwbouwdepot onder voorwaarden gedurende twee jaar niet in box 3, maar in box 1 vallen (onderdeel 3.4 van het besluit). Deze voorwaarden zijn:

  1. Het nieuwbouwdepot is bestemd voor een woning in aanbouw als bedoeld in artikel 3.111, derde lid, Wet IB 2001.
  2. In box 1 wordt alleen dat gedeelte in aanmerking genomen dat uiteindelijk kan worden aangemerkt als eigenwoningschuld. Het overige deel blijft in box 3.
  3. De rente die wordt ontvangen op het nieuwbouwdepot komt in mindering op de aftrekbare rente.
  4. De goedkeuring geldt voor maximaal twee jaar.

De goedkeuring geldt alleen als sprake is van een nieuwbouwdepot. Dat houdt in dat sprake moet zijn van:

  • een geblokkeerde rekening;
  • het openen van een nieuwbouwdepot in combinatie met een schuld; en
  • voorwaarden op basis waarvan opnames uit het nieuwbouwdepot mogen worden gedaan.

In de voorgelegde casus wordt niet aan de specifieke voorwaarden voor een nieuwbouwdepot voldaan. De belastingplichtige kan daarom geen beroep doen op de goedkeuring voor nieuwbouwdepots. Dit betekent dat het bedrag op de bankrekening en de daarmee samenhangende schuld in box 3 vallen. De schuld gaat pas naar box 1, voor zover vanuit de bankrekening een bouwtermijn wordt betaald en aan de overige voorwaarden voor kwalificatie van eigenwoningschuld wordt voldaan.

Deel deze pagina