KG:040:2025:5 Insurance Act voor ‘class 2 insurance companies’ op Barbados kwalificeert als ‘bijzondere regeling’ onder Verdrag
Publicatiedatum 06-10-2025, 10:57 | Laatste update 06-10-2025, 10:57 |
Aanleiding
X Ltd is een op Barbados gevestigde verzekeringsmaatschappij die als zodanig gereguleerd wordt door het recht van Barbados. X Ltd houdt een belang in een in Nederland gevestigde BV. Deze BV keert in 2022 een dividend uit waarop dividendbelasting is ingehouden. X Ltd vraagt de ingehouden dividendbelasting terug met een beroep op artikel 10, derde lid, onderdeel b, van het Verdrag Nederland-Barbados 2006 (hierna: het Verdrag). Op grond van deze bepaling heft Nederland in beginsel geen dividendbelasting op dividenden betaald aan een in Barbados gevestigde en gereguleerde verzekeringsmaatschappij.
Tot 2018 was X Ltd op Barbados vrijgesteld van vennootschapsbelasting onder de toenmalige Exempt Insurance Act. Deze wet is ingetrokken in 2018. Tegelijk met die intrekking werd de Insurance Act van toepassing op X Ltd. Deze wet bestond al ten tijde van de totstandkoming van het Verdrag. In 2018 is een nieuwe regeling in de Insurance Act opgenomen op basis waarvan voor zogeheten “class 2 insurance companies”, zoals X Ltd, een belastingtarief geldt van 2%.
Vraag
Kwalificeert de op Barbados geldende Insurance Act voor “class 2 insurance companies” (evenals de ingetrokken Exempt Insurance Act) als een ‘bijzondere regeling’ in de zin van artikel 31, eerste lid, Verdrag?
Antwoord
Ja, (ook) deze regeling kwalificeert als een bijzondere regeling in de zin van artikel 31, eerste lid, Verdrag. Dat betekent dat de voordelen van het Verdrag niet op X Ltd van toepassing zijn. X Ltd heeft daarom geen recht op teruggave van dividendbelasting.
Beschouwing
Dividend: artikel 10 Verdrag
Artikel 10, derde lid, onderdeel b, Verdrag luidt als volgt:
‘Niettegenstaande de bepalingen van het tweede lid, heft de Verdragsluitende Staat waarvan het lichaam dat de dividenden betaalt inwoner is geen belasting over door dat lichaam betaalde dividenden, indien de uiteindelijk gerechtigde tot de dividenden:
a. (…)
b. een bank of een verzekeringsmaatschappij is die gevestigd is in en als zodanig gereguleerd wordt door het recht van de Verdragsluitende Staat waarvan deze inwoner is;’
Op grond van deze bepaling stelt Nederland dividenden uitgekeerd aan een op Barbados gevestigde en gereguleerde verzekeringsmaatschappij vrij van (dividend)belasting. Dat is anders als artikel 31 Verdrag van toepassing is.
Bijzondere regelingen: artikel 31 Verdrag
Artikel 31 Verdrag luidt, voor zover in dit kader van belang, als volgt:
‘1. De voordelen uit dit Verdrag zijn niet van toepassing op lichamen of andere personen die geheel of gedeeltelijk van belasting zijn vrijgesteld uit hoofde van een bijzondere [kennisgroep: regeling] krachtens de wetten van een van de Verdragsluitende Staten. Zij zijn evenmin van toepassing op door een inwoner van de andere Verdragsluitende Staat van dergelijke lichamen of andere rechtspersonen verkregen inkomsten, noch op aandelen, winstbewijzen of belangen in dergelijke lichamen of andere personen.
2. (…)
3. De bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten bepalen in onderlinge overeenstemming of een regeling een bijzondere regeling is in de zin van het eerste lid van dit artikel. De bepalingen van het eerste lid zijn tevens van toepassing op identieke of in wezen gelijksoortige wettelijke voorschriften die naast of in de plaats van een dergelijke bijzondere regeling die wordt [kennisgroep: ‘die wordt’ moet zijn ‘worden’] uitgevaardigd nadat dit Verdrag in werking is getreden, tenzij de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten in onderlinge overeenstemming anders beslissen.’
Ingevolge het eerste lid zijn de voordelen uit het Verdrag niet van toepassing op lichamen die geheel of gedeeltelijk van belasting zijn vrijgesteld uit hoofde van een bijzondere regeling krachtens de wetten van een van de Verdragsluitende Staten.
Ingevolge het derde lid bepalen de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten in onderlinge overeenstemming of een regeling een bijzondere regeling is in de zin van het eerste lid.
Het eerste lid is eveneens van toepassing op identieke of in wezen gelijksoortige wettelijke voorschriften die naast of in de plaats van een dergelijke bijzondere regeling zijn gekomen en zijn uitgevaardigd nadat dit Verdrag in werking is getreden, tenzij de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten in onderlinge overeenstemming anders beslissen.
In de toelichtende nota bij het Verdrag is over artikel 31 Verdrag opgemerkt:
“In artikel 31 is de zogenaamde carve-out bepaling (eerste, tweede en derde lid) opgenomen die moet voorkomen dat ondernemingen gebruik kunnen maken van de voordelen van het verdrag indien zij in een verdragsstaat genieten van bijzondere belastingregimes. Met name zullen hieronder vallen de bijzondere regimes in Barbados op grond van de «International Financial Services Act», «the Exempt Insurance Act», «the International Business Companies Act», «the Societies with Restricted Liability Act», «the International Trust Act» en «the Foreign Sales Corporation Act». In onderling overleg kunnen door de bevoegde autoriteiten van beide staten andere regimes worden aangewezen. Nieuwe regimes, die ofwel vergelijkbaar zijn met de huidige bijzondere regelingen of die ter vervanging worden ingevoerd, zullen automatisch als bijzonder regime worden aangemerkt tenzij de beide staten anders bepalen.”
Kamerstukken II, vergaderjaar 2006–2007, 31 020, A en nr. 1, blz. 10
Voorafgaand aan de inwerkingtreding van het Verdrag hebben de Verdragsluitende Staten dus overeenstemming bereikt over een aantal regimes die kwalificeren als bijzondere regeling. In onderling overleg kunnen eventueel nog andere regimes als bijzondere regeling worden aangewezen.
Specifiek over dividenden vermeldt de toelichtende nota bij het wijzigingsprotocol van 27 november 2009:
“Voor de volledigheid wordt nog opgemerkt dat ter zake van dividenden die worden ontvangen of betaald door lichamen die onder een speciaal regime vallen als bedoeld in artikel 31, eerste en tweede lid, van het Verdrag, in geen enkel geval aanspraak kan worden gemaakt op de vrijstelling van bronbelasting op dividenden. Zie voor een overzicht van regimes die hieronder vallen de Toelichtende Nota bij het Verdrag (Kamerstukken II, 2006/07, 31 020, A en nr. 1, blz. 10).”
Staten-Generaal, vergaderjaar 2009-2010, 32 491, nr. 1, blz. 4
Identieke of in wezen gelijksoortige wettelijke voorschriften
De Exempt Insurance Act is in 2018 ingetrokken.
In Cap. 308A Exempt Insurance valt over de Exempt Insurance Act te lezen:
“3. Subject to this Act, exempt insurance business is the business of insuring risks located outside Barbados in respect of which premiums originate outside Barbados, and includes the business of an underwriter, broker, agent, dealer or salesman in respect of that business.”
Dit regime is aangemerkt als een bijzondere regeling in de zin van artikel 31, eerste lid, Verdrag.
Tegelijk met de intrekking van de Exempt Insurance Act in 2018 is de Insurance Act gewijzigd. Deze is voortaan van toepassing op alle verzekeringsmaatschappijen en maakt onderscheid tussen drie soorten vergunning. Onder de zogeheten “class 2 insurance companies” vallen verzekeringsmaatschappijen die “third-party risks” (her)verzekeren (lees: ook risico’s binnen Barbados). Voor alle class 2 insurance companies, waaronder X Ltd, geldt een belastingtarief van 2%.
Voorheen gold voor verzekeringsmaatschappijen die niet onder de Exempt Insurance Act vielen het algemene tarief van 25%, met uitzondering van inkomsten uit het aanbieden van levensverzekeringen. De verlaging van het tarief van 25% naar 2% hangt samen met de intrekking van de Exempt Insurance Act.
Gelet op het voorgaande rijst de vraag of de huidige regeling voor “class 2 insurance companies” kwalificeert als identiek of in wezen gelijksoortig wettelijk voorschrift in de zin van artikel 31, derde lid, Verdrag.
Het antwoord op die vraag luidt bevestigend. Daarbij is het volgende in overweging genomen:
- De wijziging van de Insurance Act voor “class 2 insurance companies” is ingevoerd op het moment dat de Exempt Insurance Act werd ingetrokken. Beide regelingen zien op verzekeringsmaatschappijen die risico’s (her)verzekeren buiten Barbados. De nieuwe regeling voor “class 2 insurance companies” in de Insurance Act is dus in de plaats gekomen van het regime van de in 2018 ingetrokken Exempt Insurance Act, ook al geldt de Insurance Act voor een bredere groep verzekeringsmaatschappijen dan de Exempt Insurance Act. Gezien het zeer lage belastingtarief van 2% is de nieuwe regeling ten minste ‘in wezen gelijksoortig’.
- Het Malta-1-arrest, ECLI:NL:HR:2015:465, ziet op een soortgelijke bepaling in artikel 30 Verdrag Nederland-Malta 1977. Daarin bevestigt de Hoge Raad het oordeel van het Hof dat een regeling op basis waarvan 6,25% belasting is verschuldigd in wezen gelijksoortig is aan een eerder als ‘bijzondere regeling’ aangemerkt regime, op basis waarvan 5% belasting was verschuldigd:
“2.2. Het Hof heeft zich verenigd met het oordeel van de Rechtbank dat de FRFTC en de belastingteruggaafregeling van de ITMA, in onderlinge samenhang bezien, in wezen gelijksoortig zijn aan de als bijzondere regeling in de zin van artikel 30, lid 1, van het Verdrag aangewezen MIBA. Volgens de Nederlandse verdragsluitende autoriteit was de door Malta geïntroduceerde wetgeving waarbij heffing plaatsvond naar een tarief van maximaal vijf percent (de MIBA), niet acceptabel. Naar het oordeel van het Hof valt niet in te zien dat een tarief van 6,25 percent voor de Nederlandse verdragsluitende autoriteit wel acceptabel zou zijn geweest. Op grond van deze oordelen heeft het Hof de aan belanghebbenden opgelegde belastingaanslagen in stand gelaten.
2.3.1. Het eerste middel bestrijdt het hiervoor in 2.2 weergegeven oordeel van het Hof met betrekking tot het karakter van de FRFTC en de ITMA in onderlinge samenhang bezien met rechts- en motiveringsklachten. Dit oordeel geeft evenwel geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting en kan, als verweven met waarderingen van feitelijke aard en mede berustend op de uitleg van buitenlands recht, voor het overige in cassatie niet op juistheid worden getoetst. Het is ook niet onbegrijpelijk of onvoldoende gemotiveerd. Het middel faalt.”
Zowel in artikel 31 Verdrag als in artikel 30 Verdrag Nederland-Malta 1977 wordt gesproken van ‘lichamen die geheel of gedeeltelijk van belasting zijn vrijgesteld’. Het arrest bevestigt dat van een bijzondere regeling ook sprake kan zijn als wel enige belasting is verschuldigd, maar tegen een zeer laag tarief, zoals in casu 2%. - Blijkens de hiervoor al gememoreerde toelichtende nota bij het Verdrag is ook de (inmiddels ingetrokken) op Barbados geldende ‘International Business Companies Act’ aangemerkt als een bijzondere regeling. Onder die regeling gold een (laag) degressief tarief van maximaal 2,5%.
- Het tarief van 2% geldt voor een bredere groep verzekeringsinstellingen dan waarop de Exempt Insurance Act van toepassing was. Dit staat echter niet in de weg aan de kwalificatie als bijzonder regime, aangezien ook de nieuwe regeling ziet op een specifieke, afgebakende groep, namelijk verzekeringsinstellingen.
- Dat het tarief van 2% onder omstandigheden kan leiden tot een hogere belastingdruk dan onder het (reguliere) degressieve vennootschapsbelastingtarief in Barbados (sinds 2019 geldt een belastingtarief van 1% voor zover de winst meer bedraagt dan 30 miljoen Barbadiaanse dollar), doet niet af aan het voorgaande. Dit degressieve vennootschapsbelastingtarief is immers eveneens pas in 2018 ingevoerd.
Dit in 2018 ingevoerde degressieve vennootschapsbelastingtarief komt bovendien in hoge mate overeen met het degressieve tarief dat voorheen gold op basis van de eveneens als bijzondere regeling aangemerkte International Business Companies Act. Veeleer dient de vergelijking te worden gemaakt met het reguliere winstbelastingtarief van 36% dat gold ten tijde van de inwerkingtreding van het Verdrag en dat niet als een bijzonder regime is aangemerkt. In vergelijking daarmee is het tarief van 2% voor “class 2 insurance companies” zeer marginaal en in wezen gelijksoortig aan de bijzondere regelingen die golden bij inwerkingtreding van het Verdrag. - Met betrekking tot het regime voor “class 2 insurance companies” hebben de bevoegde autoriteiten van Nederland en Barbados in onderlinge overeenstemming niet anders beslist, in de zin van artikel 31, derde lid, tweede volzin, Verdrag.
Conclusie
Het regime voor “class 2 insurance companies”, waaraan X Ltd onderworpen is, kwalificeert op basis van artikel 31, derde lid, tweede volzin, van het Verdrag als een bijzondere regeling als bedoeld in artikel 31, eerste lid, van het Verdrag.
X Ltd heeft daarom geen recht op teruggaaf van dividendbelasting.