Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

KG:204:2022:43 Vergoeding kosten inschrijving beroepsregister GGZ-agoog is loon

Aanleiding

De GGZ-agoog is een gespecialiseerde maatschappelijk werker, SPH-er of Social Worker. Het beroep is beschreven in het beroepscompetentieprofiel GGZ-agoog en als zodanig door GGZ Nederland vastgesteld in overleg met de Beroepsvereniging van Professionals in Sociaal Werk (BPSW) en het Coördinerend Orgaan Opleidingen Agogische Beroepen (COOAB).

Met ingang van 1 januari 2022 is een nieuw zorgprestatiemodel in werking getreden. Het zorgprestatiemodel is een nieuw bekostigingsmodel voor de geestelijke gezondheidszorg (ggz) en de forensische zorg (fz). De GGZ-agoog heeft geen BIG-registratie. In het nieuwe zorgprestatiemodel wordt de GGZ-agoog opgenomen als basisberoep als:

  1. de inschrijving plaatsvindt in het register GGZ-agogen op het Registerplein[voetnoot 1] en
  2. de GGZ-agoog beschikt over een bepaalde vastgestelde afgeronde opleiding en met een door COOAB2.0 (Coördinerend orgaan opleiding agogische beroepen) erkend curriculum GGZ-agoog, of
    de GGZ-agoog een door COOAB2.0 aangewezen HSS-opleiding heeft, gevolgd door een door COOAB2.0 erkende en afgeronde nascholing GGZ-agoog.

Binnen het zorgprestatiemodel is het voor een GGZ-agoog verplicht om zich te registreren in het register GGZ-agoog bij het Registerplein. De registratie van de GGZ-agoog is niet verplicht om de werkzaamheden te kunnen uitoefenen. Vindt geen registratie plaats dan is het voor de GGZ-agoog niet mogelijk om uren te declareren. Registratie heeft tot doel om:

  • te borgen dat de GGZ-agoog over voldoende actuele deskundigheid beschikt voor de uitoefening van zijn beroep en
  • de kwaliteiten van de GGZ-agoog te bevorderen voor zover deze beïnvloed worden door zijn deskundigheid.

Het Registerplein beheert (onder andere) het register GGZ-agoog en toetst of de professional aan de gestelde criteria voldoet en accrediteert opleidingen. Registerplein brengt jaarlijks registratiekosten in rekening. Deze registratiebijdrage wordt gebruikt om kostendekkend te kunnen werken op het bureau. De registratiekosten komen voor rekening van de GGZ-agoog. De werkgever van een GGZ-agoog vergoedt de kosten van inschrijving op het Registerplein.

Vragen

  1. Behoort de vergoeding van de kosten van inschrijving op het Registerplein tot het loon van artikel 10 van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB)?
  2. Zo ja, kan de werkgever deze vergoeding aanwijzen als eindheffingsloon en is de gerichte vrijstelling van artikel 31a, tweede lid, onderdeel c of d, Wet LB van toepassing?

Antwoorden

  1. Ja, de vergoeding behoort tot het loon van artikel 10, Wet LB.
  2. Nee, de gerichte vrijstellingen van artikel 31a, tweede lid, onderdelen c en d, Wet LB zijn niet van toepassing.

Beschouwing 1

De werknemer schrijft zichzelf in op het Registerplein en betaalt de kosten  zelf. De werknemer is degene die de bevestiging van de inschrijving (of een afwijzing) ontvangt. In deze situatie is geen sprake van intermediaire kosten. Het zijn kosten van de werknemer zelf. De vergoeding voor de kosten van de inschrijving op het Registerplein behoort tot het loon van artikel 10, Wet LB.

Beschouwing 2

Bij de gerichte vrijstelling voor onderhoud en verbetering van kennis en vaardigheden ter vervulling van de dienstbetrekking (daaronder mede begrepen de inschrijving in een beroepsregister, alsmede outplacement)[voetnoot 2] gaat het om vergoedingen en verstrekkingen voor een opleiding die een werknemer volgt in het kader van zijn bestaande dienstbetrekking. Bij de gerichte vrijstelling ter zake van het volgen van een opleiding of studie met het oog op het verwerven van inkomen uit werk en woning (daaronder mede begrepen het volgen van een procedure erkenning verworven competenties)[voetnoot 3] gaat het om vergoedingen of verstrekkingen voor het volgen van een studie of opleiding met het oog op een toekomstige dienstbetrekking of beroep of toekomstig ondernemerschap.

Voor beide gerichte vrijstellingen geldt dat de kosten uitsluitend en rechtstreeks (direct) verband moeten houden met de opleiding.[voetnoot 4]

De kosten van de inschrijving op het Registerplein zijn niet aan te merken als uitgaven die direct verband houden met en reëel en rechtstreeks betrekking hebben op een leertraject. De werknemer ontvangt een vergoeding van de kosten van de inschrijving en niet een vergoeding van de kosten van een opleiding. De GGZ-agoog is niet verplicht om zich in te schrijven in het register. Inschrijving is echter wel noodzakelijk om de mogelijkheid te hebben tot het declareren van uren. De inschrijving maakt geen deel uit van de opleiding tot GGZ-agoog, waardoor geen sprake is van het volgen van een opleiding of studie met het oog op het verwerven van inkomen uit werk en woning.

Bij het zoeken naar mogelijke interpretatieve ruimte is het van belang dat de wetgever gerichte vrijstellingen met een zekere terughoudendheid benadert en in twijfelgevallen verwijst naar de vrije ruimte. De inschrijving op het Registerplein kan niet onmiskenbaar op één lijn worden gesteld met posten die wel onder een gerichte vrijstelling kunnen vallen zoals een EVC-procedure of een VOG. De inschrijving op het Registerplein heeft, anders dan een VOG, geen publiekrechtelijke basis. 

Ook is geen sprake van outplacement dan wel een inschrijving in een beroepsregister. Er vindt geen registratie plaats in een beroepsregister die vereist is voor de uitoefening van de dienstbetrekking.[voetnoot 5] Het Registerplein draagt niet rechtstreeks bij aan scholing voor de GGZ-agoog maar draagt meer op indirecte wijze bij aan de borging en verbetering van de kwaliteit van sociaal professionals, in het bijzonder door toe te zien op de naleving van de (her)registratiecriteria en accreditatiecriteria. De inschrijving bij het Registerplein als GGZ-agoog is voornamelijk van belang ter verkrijging van het recht om uren te declareren.

Beide gerichte vrijstellingen zijn niet van toepassing. De werkgever kan de vergoeding voor de kosten van de inschrijving op het Registerplein wel aanwijzen als eindheffingsloon en ten laste brengen van zijn vrije ruimte als aan de gebruikelijkheidseis wordt voldaan.

Voetnoten

[Voetnoot 1, terug naar tekst] https://registerplein.nl

[Voetnoot 2, terug naar tekst] Artikel 31a, tweede lid, onderdeel c, Wet LB.

[Voetnoot 3, terug naar tekst] Artikel 31a, tweede lid, onderdeel d, Wet LB.

[Voetnoot 4, terug naar tekst] Zie onder andere HR 1 juni 2018, ECLI:NL:HR:2018:798 (medische keuring piloot voor vliegbrevet) en Kamerstukken II 1998/99, 26 727, nr. 3, p. 260-261.

[Voetnoot 5, terug naar tekst] Zie ook de brief van de Minister van Financiën 14 oktober 2010, Kamerstukken II 2010/11, 32 504, nr. 12, p. 4.

Deel deze pagina