KG:202:2023:27 Kosten dolfijntherapie en uitgaven voor specifieke zorgkosten
Publicatiedatum 27-07-2023, 14:55 | Laatste update 27-07-2023, 14:55 |
Aanleiding
Belastingplichtige neemt deel aan een behandelingsprogramma met behulp van dolfijnen in het buitenland. Deze dolfijntherapie kan bijdragen aan een betere cognitie en mobiliteit voor mensen met een breed scala aan ontwikkelingsbeperkingen, fysieke en emotionele aandoeningen. Een team van gekwalificeerde fysiotherapeuten, logopedisten, gedragstherapeuten, ergotherapeuten, psychologen en trainers werken met deze dolfijnen onder toezicht van een medische raad van artsen.
Vraag
Kwalificeren de uitgaven voor dolfijntherapie als uitgaven voor genees- en heelkundige hulp in de zin van artikel 6.17, eerste lid, onderdeel a, van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001)?
Antwoord
Voor zover de dolfijntherapie wordt uitgevoerd door aangewezen paramedici, is er sprake van genees- en heelkundige hulp. Doorgaans zal de dolfijntherapie verder niet plaatsvinden op voorschrift en onder begeleiding van een arts. Mocht de behandeling wel plaatsvinden op voorschrift en onder begeleiding van een arts, dan kwalificeert de dolfijntherapie ook voor zover die door niet aangewezen paramedici wordt uitgevoerd, als genees- en heelkundige hulp. Indien tevens aan de overige voorwaarden wordt voldaan, zijn de uitgaven voor de dolfijntherapie in die situaties aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten.
Beschouwing
Wettelijk kader
Op grond van artikel 6.17, eerste lid, aanhef en onderdeel a, Wet IB 2001 zijn uitgaven voor specifieke zorgkosten de uitgaven die wegens ziekte of invaliditeit zijn gedaan voor genees- en heelkundige hulp, met uitzondering van ooglaserbehandelingen ter vervanging van bril of contactlenzen.
In artikel 6.17, negende lid, Wet IB 2001 is aangegeven wat voor de toepassing van het eerste lid, onderdeel a, Wet IB 2001 onder genees-en heelkundige hulp wordt verstaan, namelijk:
“a. een behandeling door een arts;
b. een behandeling op voorschrift en onder begeleiding van een arts door een paramedicus;
c. een behandeling door een bij ministeriële regeling aan te wijzen paramedicus, mits voor de behandeling door de paramedicus een verklaring is afgegeven die voldoet aan bij ministeriële regeling te stellen voorwaarden.”
Onderdeel c is uitgewerkt in artikel 39, eerste lid, van de Uitvoeringsregeling inkomstenbelasting 2001 (hierna: URIB 2001).
Een behandeling door een arts (onderdeel a)
De dolfijntherapie zal in het algemeen niet plaatsvinden door een arts. De behandeling kan daarom niet worden gekwalificeerd als genees- en heelkundige hulp in de zin van artikel 6.17, negende lid, onderdeel a, Wet IB 2001. Mocht de therapie wel plaatsvinden door een arts, dan zijn de uitgaven voor de dolfijntherapie aftrekbaar op grond van onderdeel a.
Een behandeling op voorschrift en onder begeleiding van een arts door een paramedicus (onderdeel b)
De dolfijntherapie kan als genees- en heelkundige hulp worden aangemerkt als de dolfijntherapie op voorschrift en onder begeleiding van een arts door een paramedicus heeft plaatsgevonden. De toepassing van de drie cumulatieve criteria van onderdeel b wordt hieronder nader toegelicht.
1. Voorschrift van een arts
Onder behandeling op voorschrift van een arts wordt een behandeling na een daadwerkelijke verwijzing door een arts verstaan. In de praktijk zal een arts deze verwijzing schriftelijk of digitaal aan de behandelend paramedicus verstrekken. Aan de hand van bijvoorbeeld een schriftelijke bevestiging achteraf of communicatie tussen de arts en de paramedicus kan de belastingplichtige de verwijzing aannemelijk maken. Volgens vaste jurisprudentie is het niet voldoende dat een belastingplichtige met instemming van een arts op eigen initiatief naar een paramedicus gaat.
2. Begeleiding van een arts
De behandeling moet vervolgens onder begeleiding van een arts plaatsvinden. Uit de jurisprudentie volgt dat hieronder niet wordt verstaan dat de patiënt/belastingplichtige de bevindingen van de behandelaar terugkoppelt aan de huisarts. Er moet sprake zijn van een actieve medische betrokkenheid van de verwijzend arts bij de behandeling (Hof Arnhem-Leeuwarden 27 augustus 2019, ECLI:NL:GHARL:2019:7009). Er moet ook sprake zijn van regelmatig contact tussen arts en behandelaar (Hof Amsterdam 2 juni 2008, ECLI:NL:GHAMS:BD3847).
3. Paramedicus
Indien aan de twee andere voorwaarden (voorschrift en begeleiding) is voldaan en de behandelaar ook daadwerkelijk genees- en heelkundige handelingen verricht, is sprake van een paramedicus in de zin van artikel 6.17, negende lid, onderdeel b, Wet IB 2001.
Als een team therapeuten werkt onder toezicht van een medische raad van artsen, wil dat niet zeggen dat de dolfijntherapie plaatsvindt op voorschrift van een arts. Een belastingplichtige kan de therapie op voorschrift van een arts volgen. Maar het is lastig aannemelijk te maken dat er sprake is van een actieve medische betrokkenheid van de verwijzend arts bij deze behandeling. Dat de dolfijntherapie door een paramedicus plaatsvindt is niet zonder meer voldoende om te kunnen vaststellen dat wordt voldaan aan de gestelde cumulatieve voorwaarden voor de toepassing van onderdeel b.
De dolfijntherapie zal daarom doorgaans niet kwalificeren als genees- en heelkundige hulp in de zin van artikel 6.17, negende lid, onderdeel b, Wet IB 2001, omdat de behandeling niet plaatsvindt op voorschrift en onder begeleiding van een arts.
Een behandeling door een bij ministeriële regeling aan te wijzen paramedicus, mits de paramedicus voor de behandeling een verklaring afgeeft die voldoet aan een aantal voorwaarden (onderdeel c)
De aangewezen paramedici zijn opgenomen in artikel 39, eerste lid, URIB 2001. In het tweede lid staat vermeld wat de verklaring ten minste moet bevatten.
Als paramedicus wordt aangewezen de persoon die bevoegd is tot het voeren van de titel van fysiotherapeut, diëtist, ergotherapeut, logopedist, oefentherapeut, orthopedist, podotherapeut, mondhygiënist of huidtherapeut.
Het team dat in deze casus de dolfijntherapie geeft, kan bestaan uit paramedici (zoals gedragstherapeuten) en aangewezen paramedici (zoals fysiotherapeuten, logopedisten en ergotherapeuten), een therapeut assistent, de dolfijn en de dolfijnentrainer. Voor zover deze therapeuten zijn aangewezen als paramedici als bedoeld in artikel 6.17, negende lid, onderdeel c, Wet IB 2001, is sprake van genees- en heelkundige hulp. Hierbij komt alleen het deel van de kosten van de behandelingen door de aangewezen paramedici voor aftrek in aanmerking
Overige voorwaarden
Ten overvloede wordt opgemerkt dat voor zover sprake is van genees- en heelkundige hulp voor het in aanmerking nemen van de uitgaven van de dolfijntherapie als uitgaven voor specifieke zorgkosten ook aan de overige voorwaarden voor aftrek moet zijn voldaan. De uitgaven moeten op grond van artikel 6.1 Wet IB 2001 op de belastingplichtige drukken en de belastingplichtige moet zich redelijkerwijs gedrongen hebben kunnen voelen tot het doen van de uitgaven. Daarnaast moeten de uitgaven ingevolge artikel 6.17, eerste lid, aanhef, Wet IB 2001 zijn gedaan wegens ziekte of invaliditeit van personen die behoren tot de kring van personen als bedoeld in artikel 6.16 Wet IB 2001. Voorts worden de uitgaven voor specifieke zorgkosten enkel in aanmerking genomen indien (of voor zover) geen aftrekbeperking van artikel 6.18 Wet IB 2001 van toepassing is en voor zover de uitgaven meer bedragen dan de drempel van artikel 6.20 Wet IB 2001.
Conclusie
Voor zover de dolfijntherapie wordt uitgevoerd door aangewezen paramedici, is er sprake van genees- en heelkundige hulp. Doorgaans zal de dolfijntherapie verder niet plaatsvinden op voorschrift en onder begeleiding van een arts. Mocht de behandeling wel plaatsvinden op voorschrift en onder begeleiding van een arts, dan kwalificeert de dolfijntherapie ook voor zover die door niet aangewezen paramedici wordt uitgevoerd, als genees- en heelkundige hulp. Indien tevens aan de overige voorwaarden wordt voldaan, zijn de uitgaven voor de dolfijntherapie in die situaties aftrekbaar als uitgaven voor specifieke zorgkosten.