Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

KG:013:2022:7 Teruggaaf ex artikel 15 Wet BPM 1992 voor gebruikte voertuigen

Aanleiding

Artikel 15 Wet op de belasting van personenauto’s en motorrijwielen 1992 (hierna Wet BPM 1992) kent onder voorwaarden een teruggaaf van BPM voor bijzondere voertuigen (politie, brandweer etc.).

In artikel 5 Uitvoeringsbesluit BPM 1992 was tot en met 2021 bepaald:

“De in artikel 15 van de wet bedoelde teruggaven worden slechts verleend indien de belastingplichtige binnen dertien weken na de registratie van de personenauto, het motorrijwiel of de bestelauto daartoe verzoekt.”

Vanaf 2022 luidt deze tekst:

De teruggaven, bedoeld in artikel 15 van de wet, worden slechts verleend indien degene op wiens naam het motorrijtuig is gesteld binnen dertien weken na de tenaamstelling van het motorrijtuig daartoe verzoekt.

Het betreft hier een wijziging van het artikel die verband houdt met de aanpassing van het belastbare feit in de Wet BPM 1992.[voetnoot 1]

Deze wijziging roept een vraag op ter zake van het verschil tussen registratie en tenaamstelling.

Vraag

Kan vanaf 2022 de teruggaaf van BPM ex artikel 15 Wet BPM 1992 ook worden verleend voor een al eerder in Nederland geregistreerd gebruikt voertuig, als degene op wiens naam het motorrijtuig is gesteld binnen dertien weken na de tenaamstelling van het motorrijtuig daartoe verzoekt?

Antwoord

Ja, noch de tekst van artikel 5 Uitvoeringsbesluit BPM 1992 noch de tekst van artikel 15 Wet BPM 1992 beperken de teruggaaf tot tenaamstellingen bij een eerste registratie in Nederland.

Beschouwing

Onder het belastbare feit zoals dat tot en met 2021 gold, was sprake van een 13-wekenperiode na de registratie. De registratie van een voertuig betreft zowel de inschrijving als de tenaamstelling. De inschrijving in het Nederlandse kentekenregister vindt in principe eenmalig plaats, al kan een voertuig door wisseling van eigenaar daarna achtereenvolgens meermalen tenaamgesteld worden.

Met de registratie wordt bedoeld ‘de eerste registratie in Nederland’ (zie het oude artikel 2 Wet BPM 1992 – het inschrijven én te naam stellen dan wel op naam stellen van een motorrijtuig in het kentekenregister). Daarmee stond de teruggaaf ook open voor een eerder in het buitenland gebruikt voertuig dat voor het eerst in Nederland wordt geregistreerd en aan de voorwaarden voor deze teruggaaf voldoet. Teruggaaf bij een tweede en latere tenaamstelling in Nederland was niet mogelijk.

De toelichting op de wijziging van artikel 5 Uitvoeringsbesluit BPM 1992 per 1 januari 2022 bevat slechts de volgende toelichtende tekst:

“Deze wijziging houdt verband met de aanpassing van het belastbare feit in de Wet BPM 1992. Een verzoek om teruggaaf moet plaatsvinden binnen 13 weken nadat het motorrijtuig is tenaamgesteld”.

Juist omdat hiermee in artikel 5 Uitvoeringsbesluit BPM 1992 de koppeling met het nieuwe belastbare feit (zijnde de inschrijving) voor deze teruggaaf is losgelaten, ondersteunt dat de conclusie dat teruggaaf ook in een binnenlandse situatie mogelijk is voor een tenaamgesteld gebruikt voertuig als aan de overige voorwaarden wordt voldaan.

Voetnoten

[voetnoot 1, terug naar tekst] Staatsblad 2020-551, pagina 24.

Deel deze pagina