Ga direct naar de inhoud Ga direct naar de footer

KG:070:2022:11 Fiscale behandeling compensatie aan (gewezen) partner bij afkoop of omzetting pensioen in eigen beheer in een oudedagsverplichting

Aanleiding

De directeur-grootaandeelhouder (hierna: de DGA) heeft zijn pensioen in eigen beheer afgekocht of omgezet in een oudedagsverplichting (hierna: ODV). De DGA biedt (bij echtscheiding) aan de partner een compensatie voor het verlies van rechten als gevolg van de eerdere uitfasering van het pensioen (partnerpensioen bij overlijden en het recht op verevening van ouderdomspensioen bij scheiden). Met partner wordt bedoeld de echtgenoot, geregistreerde partner of partner in de zin van de pensioenovereenkomst.

Vragen

  1. Is een directe compensatie, die door de partner wordt ontvangen dan wel aan de partner wordt verstrekt, belast dan wel aftrekbaar?
  2. Is een voorwaardelijke compensatie, die pas bij echtscheiding of uit elkaar gaan (hierna: scheiding) wordt ontvangen dan wel verstrekt, belast dan wel aftrekbaar op het moment dat de scheiding plaatsvindt en de compensatie dus wordt betaald? Met een voorwaardelijke compensatie wordt bedoeld een compensatie bij scheiding die plaatsvindt volgens de methode “alsof de Wet verevening pensioenrechten bij scheiden (hierna: Wet VPS) nog van toepassing zou zijn”.
  3. Is een compensatie, die in het kader van een scheiding wordt ontvangen dan wel verstrekt, waarbij het omzetten of afkopen van een pensioen in eigen beheer deel uitmaakt van de afspraken bij scheiding, belast dan wel aftrekbaar?
  4. Is een compensatie, als de ex-partner reeds voor de uitfasering recht had op uitbetaling van een deel van het ouderdomspensioen, belast dan wel aftrekbaar?
  5. De DGA en de partner zijn bij de omzetting van het pensioen in eigen beheer geen compensatie overeengekomen. Bij de scheiding wordt vastgesteld dat de partner gecompenseerd had moeten worden, hetzij bij overeenkomst (bijvoorbeeld echtscheidingsconvenant), hetzij bij gerechtelijk vonnis. Ze komen alsnog een compensatie overeen. Is die compensatie belast dan wel aftrekbaar?
  6. De DGA en de partner hadden bij de omzetting van het pensioen in eigen beheer de intentie een compensatie overeen te komen. Deze intentie is schriftelijk aantoonbaar, maar is nimmer uitgewerkt. Bij de scheiding wordt vastgesteld dat de partner gecompenseerd had moeten worden, hetzij bij overeenkomst (bijvoorbeeld echtscheidingsconvenant), hetzij bij gerechtelijk vonnis. Ze komen alsnog een compensatie overeen. Is die compensatie belast dan wel aftrekbaar?
  7. De DGA en de partner zijn bij de omzetting van het pensioen in eigen beheer compensatie overeengekomen. Bij de scheiding wordt vastgesteld dat de partner onvoldoende gecompenseerd is. Ze komen alsnog een ruimere compensatie overeen dan wel hiertoe wordt besloten bij gerechtelijk vonnis. Is het meerdere aan compensatie belast dan wel aftrekbaar?

Antwoorden

  1. Nee. Deze directe compensatie is niet belast dan wel aftrekbaar. Een dergelijke compensatie vindt plaats in de vermogenssfeer. Een dergelijke compensatie wordt niet belast in de inkomstenbelasting, er is geen sprake van een aangewezen belastbare periodieke uitkering in de zin van de artikelen 3.101 en 3.102 van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) of een aftrekbaar bedrag in de zin van artikel 6.3 Wet IB 2001.
  2. Nee. De compensatie die bij scheiding wordt ontvangen ziet op het verdelen van het vermogen bij scheiding. Er is geen sprake van een verdeling van pensioenrechten bij scheiding of afkoop daarvan. Bij het omzetten van een pensioen in eigen beheer in een ODV of afkoop van een pensioen in eigen beheer zijn de pensioenrechten te gelde gemaakt. Het zijn daarna geen pensioenrechten meer in de zin van de Wet VPS. De gelden zijn op dat moment ‘normale’ vermogensrechten geworden, waarvoor bij scheiding een compensatie wordt gegeven in het kader van voorkomen van overbedeling van vermogen. Een dergelijke compensatie is niet belast dan wel aftrekbaar in de inkomstenbelasting.
  3. Ja. Wanneer in het kader van een scheiding gebruik is gemaakt van de mogelijkheid tot het omzetten of afkopen van een pensioen in eigen beheer, is de compensatie voor de ontvanger belast als periodieke uitkering op grond van artikel 3.102, eerste lid of derde lid, Wet IB 2001 en voor de verstrekker aftrekbaar als onderhoudsverplichting op grond van artikel 6.3 Wet IB 2001.
  4. Ja. De compensatie is voor de ex-partner belast als aangewezen periodieke uitkering op grond van artikel 3.102, eerste lid, Wet IB 2001 en voor de DGA aftrekbaar als onderhoudsverplichting in de zin van artikel 6.3, eerste lid, onderdeel b, Wet IB 2001.
  5. Nee. De compensatie vindt plaats in de vermogenssfeer en er is geen sprake van een verdeling van pensioenrechten bij scheiding of afkoop daarvan. De compensatie staat in feite los van de scheiding. In dit geval is een dergelijke compensatie niet belast als belaste (aangewezen) periodieke uitkering en ook niet aftrekbaar als een aftrekbare onderhoudsverplichting.
  6. Nee. Zie het antwoord bij vraag 5.
  7. Nee. Zie het antwoord bij vraag 5.

Beschouwing

Wettelijk kader

Op grond van artikel 3.102, eerste en derde lid, Wet IB 2001 behoort tot de aangewezen periodieke uitkeringen en verstrekkingen wat wordt ontvangen ter zake van het recht op verrekening van pensioenrechten.

Van 1 april 2017 tot en met 31 december 2019 was het op grond van artikel 38n, tweede lid van de Wet op de loonbelasting 1964 mogelijk om het in eigen beheer verzekerde deel van de opgebouwde pensioenaanspraak om te zetten in een aanspraak ingevolge een ODV of volledig af te kopen.

Bij omzetting in een ODV of volledige afkoop kon de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraak worden prijsgegeven voor zover de waarde in het economische verkeer van die aanspraak hoger was dan de fiscale balanswaarde van de bij het eigenbeheerlichaam tegenover die aanspraak staande pensioenverplichting op het moment van prijsgeven.

Indien de DGA een partner in de zin van artikel 1 van de Pensioenwet (hierna: PW) had, was prijsgeven alleen toegestaan na schriftelijke instemming van de partner. Partner in de zin van artikel 1 PW is de echtgenoot, de geregistreerde partner of de partner in de zin van de pensioenovereenkomst. Een eventuele gewezen partner van de DGA moest schriftelijk instemmen met het prijsgeven, als deze gewezen partner een (afgeleid) recht had op een deel van de in eigen beheer verzekerde pensioenaanspraken. Ingeval het in eigen beheer verzekerde pensioen werd omgezet in een ODV kon aan de (gewezen) partner een passende compensatie worden geboden voor het verlies van rechten als gevolg van de uitfasering (partnerpensioen bij overlijden en het recht op verevening van ouderdomspensioen bij scheiden). De compensatie kon bestaan uit een uitkering ineens of een voorwaardelijke uitkering.

Deel deze pagina

Op deze pagina