KG:202:2023:37 Deelgerechtigdheid in een commanditaire vennootschap en box 3
Publicatiedatum 21-11-2023, 15:00 | Laatste update 09-01-2025, 13:31 |
Aanleiding
Meerdere belastingplichtigen beleggen samen in een commanditaire vennootschap (hierna: cv). Vennoten (natuurlijke personen/particuliere beleggers) moeten hun deelgerechtigdheid in een cv, die geen onderneming drijft in de zin van de Wet inkomstenbelasting 2001 (hierna: Wet IB 2001) en geen fonds voor gemene rekening (hierna: fgr) is in de zin van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 (hierna: Wet Vpb 1969), aangeven in hun aangifte inkomstenbelasting.
Vragen
- Op welke wijze dienen de vennoten hun (deel)gerechtigdheid in een cv, die geen onderneming in de zin van de Wet IB 2001 drijft en geen fgr is, in box 3 aan te geven?
- Zijn de waarderingsvoorschriften van artikel 5.20 Wet IB 2001 van toepassing bij een cv, indien de cv belegt in (verhuurde) woningen?
Antwoorden
- De vennoten van een cv, die geen onderneming in de zin van de Wet IB 2001 drijft en geen fgr is, moeten elk van de bezittingen en schulden van de cv voor hun pro rata deelgerechtigdheid aangeven in box 3.
- De waarderingsvoorschriften van artikel 5.20 Wet IB 2001 zijn van toepassing als een cv belegt in (verhuurde) woningen.
Beschouwing
Commanditaire vennootschap in civiele zin
Een cv is een personenvennootschap die civiel wordt gekwalificeerd als een bijzondere vorm van de maatschap. Een maatschap is volgens artikel 7A:1655 van het Burgerlijk Wetboek (hierna: BW) een overeenkomst waarbij twee of meerdere personen zich verbinden om iets in gemeenschap te brengen, met het oogmerk om het daaruit ontstane voordeel met elkaar te delen. Er is volgens artikel 19, eerste lid, van het Wetboek van Koophandel (hierna: Wvk) sprake van een cv als er een of meer hoofdelijk verbonden vennoten zijn (de beherende vennoten) en een of meer vennoten fungeren als geldschieters (de stille of commanditaire vennoten of commandieten).
Maten en vennoten hebben civielrechtelijk een deelgerechtigdheid tot het vermogen van de personenvennootschap. Zij delen in beginsel naar evenredigheid van hun inbreng in het vermogen (artikel 7A:1670, eerste lid, BW). Een deelgerechtigdheid is civielrechtelijk een vorderingsrecht. Dit houdt in dat een deelgerechtigde geen deelrechten heeft op de vermogensbestanddelen van een maatschap/vennootschap, maar slechts een recht heeft op het saldo hiervan.
De deelgerechtigdheid van een commanditaire vennoot kan, op basis van de waarde in het economisch verkeer, echter niet negatief zijn, omdat hij niet meer hoeft bij te dragen dan de overeengekomen inbreng (artikel 20, derde lid, WvK).
Commanditaire vennootschap in fiscale zin
Door de inwerkingtreding van de Wet fiscaal kwalificatiebeleid rechtsvormen is per 1 januari 2025 na het vervallen van het zogenoemde toestemmingsvereiste het onderscheid verdwenen tussen de ‘open cv’ (niet-transparant) en de ‘besloten cv’ (transparant). Iedere cv wordt vanaf 1 januari 2025 voor Nederlandse fiscale doeleinden in beginsel aangemerkt als fiscaal transparant, tenzij sprake is van een cv die kwalificeert als een fonds voor gemene rekening als bedoeld in artikel 2, vierde lid, Wet Vpb 1969 (zie artikel 2.14bis, zesde lid, Wet IB 2001).
Bezittingen en schulden in box 3
Op grond van het met ingang van 1 januari 2025 geldende artikel 2.14bis, eerste lid, Wet IB 2001 worden voor de toepassing van de Wet IB 2001 en de daarop berustende bepalingen de bezittingen en schulden en de opbrengsten en uitgaven dan wel de kosten van een cv toegerekend aan de participanten naar rato van ieders gerechtigheid.
In box 3 geven de (commanditaire en beherende) vennoten daarom de bezittingen en schulden van een cv op naar rato van hun deelgerechtigdheid. Dat de juridische eigendom van de vermogensbestanddelen in voorkomende gevallen is ondergebracht bij een beherende vennoot, doet hier niet aan af.
Zoals hiervoor beschreven kan op grond van artikel 20, derde lid, WvK de deelgerechtigdheid van de commanditaire vennoot niet negatief zijn. Indien de schulden de waarde in het economisch verkeer van de bezittingen overtreffen, worden de schulden bij de commanditaire vennoot toegerekend tot maximaal het bedrag van de bezittingen. Het meerdere wordt toegerekend aan de beherend vennoot.
Ten overvloede wordt opgemerkt dat een cv ook een samenwerkingsverband als bedoeld in de terbeschikkingstellingsregeling (artikelen 3.91 en 3.92 Wet IB 2001) is. De fiscale transparantie van de cv doet hier niet aan af.
NB: artikel 2.14bis, eerste lid, Wet IB 2001 betreft een codificatie van geldend recht (Kamerstukken II 2023/24, 36425, nr. 3, p. 33). Dat betekent dat ook voor de belastingjaren t/m 2024 de vennoten in een besloten cv de bezittingen en schulden van de cv naar rato van hun deelgerechtigdheid aangeven in box 3.
Waarderingsvoorschriften in box 3
Als een cv belegt in verhuurde woningen, nemen de commanditaire vennoten, net als de beherende vennoten, de woningen (lees: de onroerende zaken, als bedoeld in artikel 5.3, tweede lid, onderdeel a, Wet IB 2001) naar rato van hun deelgerechtigdheid in box 3 in aanmerking. Hierbij zijn ook de specifieke (waarderings)voorschriften uit hoofdstuk 5 Wet IB 2001 voor de onderliggende bezittingen van toepassing. Te denken valt aan de waardering van woningen op de WOZ-waarde en de leegwaarderatio (artikel 5.20 Wet IB 2001). Ook nemen de vennoten, rekening houdend met de schuldendrempel, hun deelgerechtigdheid in een eventuele geldlening als schuld als bedoeld in artikel 5.3, derde lid, Wet IB 2001 in aanmerking. Ook hebben de vennoten in voorkomend geval recht op voorkoming van dubbele belasting voor in het buitenland gelegen onroerende zaken en op verrekening van buitenlandse bronbelasting.
De bezittingen en schulden van een cv worden bij de waardering niet als eenheid, als bedoeld in artikel 5.19, tweede lid, Wet IB 2001, beschouwd. Deze bepaling is bedoeld voor situaties waarin een combinatie van vermogensbestanddelen een hogere of andere waarde heeft dan de som van de waarde van de afzonderlijke bezittingen (Kamerstukken II 1998/99, 26727, nr. 3, p. 246 en Kamerstukken II 1999/2000, 26727, nr. 7, p. 525). De bezittingen en schulden van een cv zullen doorgaans niet zodanig onlosmakelijk met elkaar zijn verbonden waardoor de som van bezittingen en schulden tezamen afwijkt van de som van de waarde van de afzonderlijke bestanddelen. Bovendien maakt de fiscale transparantie van een cv in de Wet IB 2001 dat juist niet naar de deelgerechtigdheid in het totale vermogen van de cv wordt gekeken, maar naar de deelgerechtigdheid in de afzonderlijke onderliggende vermogensbestanddelen.
Voorbeelden
Uit de volgende twee voorbeelden volgt hoe dit standpunt uitwerkt.
Voorbeeld 1
Een cv met twee vennoten belegt in verhuurde woningen. De beherende vennoot is namens de cv voor de aankoop een schuld aangegaan bij een bank. Daarnaast heeft de cv de beschikking over een bankrekening. De economische deelgerechtigdheid van de beherende vennoot is 1% en van de commanditaire vennoot 99%. De commanditaire vennoot heeft een bedrag van € 350.000 ingebracht; alle gerealiseerde winsten zijn onttrokken. Op basis van artikel 20, derde lid, WvK heeft de commanditaire vennoot geen verplichting tot terugbetaling van uitgedeelde winsten.
NB: Deze cijfers zijn slechts bedoeld als rekenvoorbeeld. De winstverdeling moet te allen tijde zakelijk te zijn. Tevens is ervan uitgegaan dat de winstverdeling gelijk is aan de deelgerechtigdheid (hoofdregel). Als dat niet zo is én niet alle winsten zijn uitgekeerd, heeft dat invloed op de deelgerechtigdheid van de commanditaire vennoot.
De cv maakt per 31 december een balans op basis van de waarde in het economisch verkeer.
Woningen | € 900.000 | |
Liquide middelen | € 100.000 | + |
-------------- | ||
Bezittingen | € 1.000.000 | |
Schulden | € 800.000 | -/- |
Vermogen cv | € 200.000 |
Zonder toepassing van de leegwaarderatio geven de commanditaire vennoot en beherende vennoot de volgende bedragen aan woningen, liquide middelen en schulden aan in box 3:
Commanditaire vennoot | Beherende vennoot | |
Woningen | € 891.000 | € 9.000 |
Liquide middelen | € 99.000 | € 1.000 |
Schulden | € 792.000 | € 8.000 |
Stel dat de leegwaarderatio 73% bedraagt en de WOZ-waarde gelijk is aan de waarde in het economisch verkeer. Dan is de waardering van de woningen voor box 3 € 657.000. De vennoten geven hun deelgerechtigdheid in de bezittingen en schulden dan als volgt aan in box 3:
Commanditaire vennoot | Beherende vennoot | |
Woningen | € 650.430 | € 6.570 |
Liquide middelen | € 99.000 | € 1.000 |
Schulden | € 792.000 | € 8.000 |
NB: Door toepassing van de fictie van de leegwaarderatio is de rekenkundige som van de fiscale waarden lager dan het daadwerkelijke aandeel in het vermogen.
Voorbeeld 2
Zelfde situatie als in voorbeeld 1 maar de schuld in de cv is nu hoger dan de bezittingen, bijvoorbeeld omdat de waarde van de woningen is gedaald naar stel € 600.000. De balans per 31 december ziet er dan als volgt uit:
Woningen | € 600.000 | |
Liquide middelen | € 100.000 | + |
-------------- | ||
Bezittingen | € 700.000 | |
Schulden | € 800.000 | |
Vermogen cv | € -100.000 |
De commanditaire vennoot heeft recht op 99% van het vermogen maar kan niet worden aangesproken voor de schuld voor zover dat de waarde van de vermogensbestanddelen overtreft; hij heeft (in beginsel) ook geen interne draagplicht van schulden en verliezen. De schuld wordt daarom beperkt tot de waarde van de vermogensbestanddelen. De beherende vennoot is hoofdelijk aansprakelijk voor de schuld.
Zonder toepassing van de leegwaarderatio geven de commanditaire vennoot en beherende vennoot de volgende bedragen aan woningen, liquide middelen en schulden aan in box 3:
Commanditaire vennoot | Beherende vennoot | |
Woningen | € 594.000 | € 6.000 |
Liquide middelen | € 99.000 | € 1.000 |
Schulden | € 693.000 | € 107.000 |
Stel dat de leegwaarderatio na de waardedaling is gestegen naar 90%. Dan is de waardering van de woningen voor box 3 € 540.000. De vennoten geven hun pro rata deelgerechtigdheid in de bezittingen en schulden dan als volgt aan in box 3:
Commanditaire vennoot | Beherende vennoot | |
Woningen | € 534.600 | € 5.400 |
Liquide middelen | € 99.000 | € 1.000 |
Schulden | € 693.000 | € 107.000 |