KG:204:2025:5 Negatief premiepercentage WGA

Publicatiedatum 14-04-2025, 15:11 | Laatste update 14-04-2025, 15:11 | Standpunt

Aanleiding

Middels de beschikking loonheffingen gedifferentieerd premiepercentage Werkhervattingskas (hierna: Whk) is voor een werkgever een negatief premiepercentage voor de Werkhervatting Gedeeltelijk Arbeidsgeschikten (hierna: WGA) vastgesteld.

Vraag

Mag een werkgever een maandelijkse onbelaste uitkering aan haar werknemers betalen ter grootte van de helft van de (negatieve) gedifferentieerde WGA-premie wanneer een negatief premiepercentage WGA is vastgesteld?

Antwoord

Nee, een maandelijkse uitkering aan een werknemer ter grootte van de helft van de gedifferentieerde WGA-premie is belast loon. Er is namelijk voldaan aan de voordeels-, verstrekkings- en causaliteitseis van artikel 10 van de Wet op de loonbelasting 1964 (hierna: Wet LB 1964).

De werkgever kan de uitkering eventueel aanwijzen als eindheffingsbestanddeel, mits aan de gebruikelijkheidseis wordt voldaan van artikel 31, eerste lid, onderdeel f, Wet LB 1964.

Beschouwing

Verhaal WGA

Artikel 20 van de Wet financiering sociale verzekeringen (hierna: Wfsv) bepaalt dat een werkgever de door hem verschuldigde premie niet op de werknemer mag verhalen. In artikel 34, tweede lid, Wfsv in samenhang met artikel 3.18 van de Regeling Wfsv is een uitzondering op het verhaalsverbod opgenomen voor de WGA-premie. Hierin is bepaald dat in afwijking van artikel 20 Wfsv de werkgever ten hoogste 50% van de door de werkgever verschuldigde gedifferentieerde WGA-premie op de werknemer mag verhalen.

In het Besluit Wfsv staanregelsvoor de berekening van het individuele werkgeversrisicopercentage WGA-lasten. Hierin is bepaald dat de minimumpremie niet van toepassing is als sprake is van intrekking of herziening van uitkeringen. Als WGA-uitkeringen geheel of gedeeltelijk ten onrechte zijn toegekend, kan dat dus leiden tot een negatieve premie Whk. Dit doet zich voor als in het jaar waarin de WGA-last van de werkgever moet worden verlaagd, de totale WGA-last van die werkgever lager is dan het bedrag van de teveel betaalde uitkeringen die daarop in mindering komen. Twee jaar na intrekking of herziening van de uitkeringen volgt een eenmalige verlaging van de gedifferentieerde premie WGA-lasten.

Wanneer is sprake van loon?

Het loonbegrip staat in artikel 10 Wet LB 1964. De inhoud van het loonbegrip heeft zich gevormd in de jurisprudentie en laat zich samenvatten in de volgende drie voorwaarden:

1. Er is sprake van genieten (voordeelseis).
2. Er is voldoende causaal verband tussen het voordeel en de dienstbetrekking (causaliteitseis).
3. De werkgever verstrekt het voordeel en is zich daarvan bewust (verstrekkingseis).

Er is geen sprake van loon van de werkgever (werkgeversloon) als aan een van de drie voorwaarden niet is voldaan.

Bevindingen

In de wet- en regelgeving is niets vastgelegd ten aanzien van een situatie waarin sprake is van een negatieve premie Whk en als gevolg daarvan een eventuele betaling aan de werknemer. Ook is nergens bepaald dat de werkgever verplicht zou zijn om in een dergelijke situatie een uitkering aan een werknemer te doen.

Het uitkeren van de negatieve WGA-premie vormt een voordeel voor de werknemer; de werknemer krijgt een extra uitkering naast zijn reguliere salaris. De werknemer ontvangt de uitkering van de werkgever omdat hij in dienstbetrekking staat tot die werkgever. Er is geen andere verbintenis tussen de werknemer en de werkgever op grond waarvan de werkgever de uitkering aan de werknemer doet. Als de werkgever besluit om een uitkering aan een werknemer te doen vanwege een negatieve Whk-premie, dan doet hij deze uitkering onverplicht. Het uitkeren van de negatieve WGA-premie vormt dus belast loon in de zin van artikel 10 Wet LB 1964.

Dit standpunt kan ertoe leiden dat een werknemer het ene jaar uit zijn nettoloon (artikel 11c Wet LB 1964) een premiecomponent betaalt aan zijn werkgever ter zake van een positief vastgestelde WGA-component van de Whk-premie en in een volgend jaar een belaste uitkering van zijn werkgever ontvangt ter zake van een negatief vastgestelde WGA-component van de Whk-premie. Dit is onder andere het gevolg van de systematiek van de vaststelling van de gedifferentieerde premie Whk. Deze wordt vastgesteld op basis van premieplichting loon in de periode t-2 en de arbeidsongeschiktheidsuitkeringen die het UWV in het jaar t-6 tot en met t-2 heeft betaald. Ieder jaar kan dit percentage anders zijn.

Een negatieve WGA-premie die de werkgever ontvangt, is geen terugbetaling van eerder verhaalde premie op de werknemer. De premie die de werkgever verschuldigd is in het jaar waarin de werknemer vanuit zijn nettoloon een premiecomponent betaalt aan zijn werkgever kan vastgesteld zijn aan de hand van grondslagen (premielonen) op het moment dat de werknemer wie deze betaling verschuldigd is (nog) niet in dienst was. Omgekeerd kan het ook zijn dat, indien de werkgever een uitkering doet aan de werknemer vanwege een negatieve Whk-premie deze premie is vastgesteld aan de hand van grondslagen waar het premieloon van de betreffende werknemer geen deel van uitmaakt, omdat hij toen (t-2) (nog) niet in dienst was. Er is dus geen directe relatie tussen de werknemer en de negatieve premie op grond waarvan de werkgever een uitkering aan de werknemer wil doen.

Artikel 11c Wet LB 1964 is niet van toepassing. Het artikel bepaalt o.a. dat bij de bepaling van de omvang van het loon geen rekening wordt gehouden met bedragen die de inhoudingsplichtige op grond van artikel 34, tweede lid, Wfsv heeft verhaald op de werknemer. Het is geschreven om te voorkomen dat in deze specifieke situatie er sprake is van negatief loon. Zie Kamerstukken II 2008/09, 31 705, nr. 3, p. 7. Het kan niet in omgekeerde zin worden toegepast in de situatie dat een werkgever onverplicht een bedrag aan zijn werknemers uitbetaalt, omdat in dat jaar een negatieve premie geldt. Die uitbetaling betreft geen teruggave van het hetgeen eerder (t-2) is verhaald op de werknemer.